De dag des Heeren
Indonesie - Java - Erfgoed - Jappenkampen - Geschiedenis
Steeds komt er iemand bij om ons de weg te wijzen. Uiteindelijk zijn we met 2 nonnen, 2 agenten, 2 katholieke kerkgangers, een chauffeur en wijzelf op zoek naar het Ursulinen klooster, dat tijdens de Bersiap -na de oorlog- kampziekenhuis was.
Indonesië |
15-12-2008
Paulien van der Geest
Paulien van der Geest
Op zoek naar het oude Ursulinenklooser in de stad Pekalongan, huren we een auto met chauffeur en rijden naar het opgegeven adres, de Ibu Kota straat 13, voorheen de Heerenstraat. Na de Onafhankelijkheid hebben alle gebouwen en straten met een Nederlandse naam, een Indonesische naam gekregen. Na rondvragen blijkt deze straat niet te bestaan. Wel is er een Apotheek met deze naam, maar die heeft nummer 17.
Een stukje verderop, ter hoogte van nummer 11 doen we navraag bij het politiebureau, maar niemand heeft gehoord van de oude Heerenstraat. Uiteindelijk besluit de politiechef 2 jonge agenten mee te sturen op zoek naar onze ‘biara’, klooster. Verbaast stappen we uit voor een boeddhistische tempel. Dan ontdekken we het bord ‘Viara’, de verwarring is ons nu duidelijk, f-klanken worden uitgesproken als p-klanken. Een fabriek is een pabriek, Ferry is Perry, Paulien is Vaulien en een biara verwar je dan al snel met viara.
We maken duidelijk dat we een christelijk klooster zoeken. De ogen van de agenten lichten op, Santo Petro! Weer proppen we ons met zijn vijven in de auto en scheuren naar de kerk. Daar spreken we een oudere man en vrouw. Kloosterzusters, ja die kennen ze wel. Na gecheckt te hebben of wij vrome katholieken zijn –we knikken braaf van ja-, stappen ze in hun auto en rijden ze voor ons uit.
Bij het nonnenklooster aangekomen, vinden de zusters het maar wat gezellig, al die mensen op bezoek. Thee en cassave chips komen op tafel en het wordt een soort gezellige receptie, steeds meer zusters komen even kijken. Een zuster die nog Nederlands spreekt wordt opgetrommeld. Het oude vrouwtje komt naast me zitten en vraagt of Ferry mijn man is en waarom we nog geen kinderen hebben als we toch al 3 jaar getrouwd zijn… Ferry en ik kijken elkaar eens aan. “We oefenen zuster”, zeg ik dan maar, als goede berouwvolle Katholiek. Maar was dit vroeger het Ursulinenklooster? Nee, dat is niet hier, het Ursulinenklooster is nu een school en een ziekenhuis, met een nieuwe naam en een nieuwe straatnaam. We krijgen nu ook twee nonnen mee, die ons de weg zullen wijzen.
We gaan nu op pad met 2 auto’s, gevuld met 2 nonnen, 2 agenten, 2 oudjes van de kerk, een chauffeur, inclusief onszelf in totaal 9 man. We komen aan bij het Ursulinenklooster, waar deze zusters het ook maar wat gezellig vinden om bezoek te krijgen, thee en bananen worden geserveerd. We vragen naar het nieuwe adres en blijken –na een zoektocht van 2,5 uur- terug te zijn waar we begonnen. De ingang blijkt –goed verstopt- in een steeg naast het politiebureau te zitten. Het enorme complex loopt naar achter toe door, daardoor hadden we het niet gezien. Het politiebureau blijkt dus ook aan de oude Heerenstraat te zitten, alleen wisten ze dit niet.
Terwijl ik met een erg oude Nederlandse zuster praat, die al sinds 1949 in het gebouw woont, rent Ferry met een paar jongere nonnen rond die hem in het half donker het gebouw laten zien. Het stortregent ook nog eens. Lachend en hoofdschuddend stappen we weer in de auto, uitgezwaaid door een peleton nonnen en een politie agenten.
Vraag nu vrijblijvend een reisvoorstel aan